De VVD heeft als enige fractie in de gemeenteraad van Zeist voor het voorstel gestemd de prijscategorieen die gehanteerd worden bij het bouwen van nieuwe woningen te indexeren.
De reden daarvan zijn:
- We leven in 2019 en niet in 2016, in vergelijking met drie jaar geleden zijn:
- De grond- en huizenprijzen fors gestegen: De gemiddelde koopsom van een woning bedroeg in 2016 353.000 euro, in 2018 430.000 euro
- De bouwkosten zijn fors omhoog gegaan: aannemers hebben het druk en grondstoffen zijn in prijs gestegen
- Er worden hogere eisen aan nieuwe huizen gesteld met het oog op duurzaamheid. Dat kost gemiddeld per woning 50.000 euro
Omdat het voorstel is afgewezen vreest de VVD:
- dat het voorstel Hart van Austerlitz wel eens niet gerealiseerd zou kunnen worden. Of dat als de Raad hier geen toestemming geeft om tegen een duurdere prijs te bouwen een financiële strop dreigt van circa 300.000 uur, te bekostigen door de gemeente Zeist
- Financiële schade bij projecten in de onderhandelfase
- Dat er geen nieuwe projecten meer ontwikkeld worden: op basis van de oude prijzen is geen haalbare business case meer te maken
- minimaal twee, maximaal 12 maanden vertraging van het realiseren van alle nieuwbouwprojecten die nu op stapel staan
- dat in het slechtste geval er het komende jaar, zolang er nog geen nieuwe woonvisie is, geen woningen bijkomen voor starters en woningzoekenden die een huis in het middensegment willen kopen of huren
Daarom gaat de VVD:
- De partijen die tegen de indexatie hebben gestemd vragen waar zij de dekking willen vinden voor de schade die niet indexeren met zich meebrengt
- Zich sterk maken alle projecten die nu een-voor-een langs de raad moeten komen om gerealiseerd te worden via een generale regeling alsnog te indexeren
- Zich inzetten voor het werken op basis van een nieuwe woonvisie vanaf het komende najaar in plaats van op zijn vroegst de zomer van 2020
Informatie: Ernst van Splunter, e.van.splunter@raad.zeist.nl